Rol van
herwinningssystemen

Rol van herwinningssystemen

VPN-standpunt

Producenten zien nut en noodzaak van de totstandkoming van een circulaire economie en werken daar ook aan mee. Voor een succesvolle aanpak zijn nieuwe business modellen nodig, de ontwikkeling van met name de consumentenmarkt en ook een adequate handhaving van wettelijke bepalingen. Op deze manier levert het instrument van producentenverantwoordelijkheid een goede bijdrage aan een efficiënt grondstoffenbeheer.



Standpunt Vereniging Producentenverantwoordelijkheid Nederland (VPN) over de rol van Herwinningssystemen

 

Onze mening over circulaire economie

Met het oog op de groei van de wereldbevolking en de slinkende hoeveelheid grondstoffen is materialenmanagement van groot belang. In combinatie met productontwerp, gericht op zorgvuldig en langdurig gebruik en op optimale recycling en materiaalterugwinning na gebruik, is materialenmanagement een belangrijke stap op weg naar een circulaire economie.

Producenten erkennen vanuit hun verantwoordelijkheid het belang van een circulaire economie en de behoefte aan duurzame business modellen. De urgentie daarvan wordt breed in de samenleving gevoeld. De overheid heeft de circulaire economie geagendeerd en ontwikkelt beleid. Vroege vogels in het bedrijfsleven hebben al een aantal succesvolle (en minder succesvolle) modellen uitgeprobeerd en hebben daarmee de richting gewezen.

1. Gesloten kringloop is maatwerk

Er is niet één uniforme oplossing om in alle productketens tot duurzaam materialenmanagement te komen. Of een model succesvol kan zijn, hangt af van heel specifieke omstandigheden. In elke keten is het de vraag of er een vrije markt is waarop het duurzaam business model zich kan bewijzen, of dat het een oneerlijke concurrentie aan moet gaan met traditionele modellen die goedkoper werken. Bovendien is de reactie van kopers en gebruikers moeilijk te voorspellen: tegenvallende belangstelling maakten experimenten als spijkerbroekenclub Mud Jeans, Skala TV-verhuur aan particulieren en de mobieltjes-lease van KPN niet tot een onverdeeld succes.

Alleen in bijzondere gevallen vestigt een business model dat op een gesloten kringloop gericht is zich zonder hulp of interventie van buiten. Dat is bijvoorbeeld gelukt in de copier business, waar producenten een bedrijfseconomisch voordeel scheppen door apparaten te leasen en te verhuren en die vervolgens met zorgvuldig onderhoud, reviseren en recyclen zo lang en efficiënt mogelijk in te zetten. Het lukt ook als een bevlogen groep grote producenten een duurzame werkwijze tot norm verheft, zoals in de vlakglasrecycling is gebeurd. Maar in de meeste gevallen zal een initiatief een duwtje in de rug nodig hebben.

2. Financiële prikkels versus intrinsieke motivatie

De leden van de VPN zijn in het algemeen voorstander van modellen die bedrijfseconomisch zelfdragend zijn. Subsidies of belastingvoordelen kunnen een duurzaam initiatief ondersteunen, maar blijken vaak instabiel en bij verlaging of beëindiging van de regeling verdwijnt het positieve effect of slaat om in het tegendeel.

Subsidies en belastingvoordelen spelen niet in op de intrinsieke motivatie van betrokken partijen en kunnen daar zelfs een negatief effect op hebben*. Dat geldt ook voor inleverprikkels: de gebruiker wordt benaderd met een financieel voordeel in plaats van aangesproken op zijn verantwoordelijkheidsgevoel.

De intrinsieke motivatie wordt wel geprikkeld door actieve communicatie, gericht op bewustmaking van en gedragsverandering bij gebruikers. Maar dat vergt langdurige projecten die pas geleidelijk en op langere termijn rendement opleveren. Zoals de leden van de VPN na jaren van campagne voeren weten, zijn het kostbare projecten. Het voegt toe aan de kosten van verduurzaming van de cyclus en kan zichzelf niet bedruipen.

3. Evenwichtige wetgeving werkt

De wetgever kan duurzame business modellen steunen door ze met geboden en verboden als norm te stellen voor de markt. Wetgeving die voorschrijft dat alle producenten en leveranciers moeten voldoen aan dezelfde normen zodat zij eerlijk concurreren binnen de eisen die de circulaire economie stelt. De effecten van zulke wetgeving dienen wel goed doorgerekend te worden, om averechtse of perverse (neven-) effecten te voorkomen. En als de omstandigheden veranderen, is tijdige aanpassing geboden. De wet wint aan maatschappelijke overtuigingskracht als de stakeholders in de keten worden betrokken bij de bepaling van de normen en als het belang van naleving helder worden gemotiveerd en gecommuniceerd.

Als nieuwe regels zijn ingevoerd, is goed toezicht op de naleving van de wetgeving essentieel. Waar zelfdiscipline of sociale controle tekort schieten, is strenge handhaving vereist. Goede handhaving motiveert weer tot naleving, omdat alle spelers weten dat ‘free riders’ worden aangepakt zodat de plichten en lasten van de wet eerlijk verdeeld zijn.

4. De rol van producentenverantwoordelijkheid (EPR)

De wetgever kan normen stellen, maar is geen marktpartij en heeft niet de kennis om te bepalen hoe die normen op de meest efficiënte manier kunnen worden geïmplementeerd. Volgens VPN is het instrument producentenverantwoordelijkheid een succesvol middel om de inzameling en verantwoorde verwerking van afgedankte zaken te organiseren. Er zijn drie voorwaarden voor de optimale werking van inzamelsystemen:

  • Een adequaat handhavingsbeleid om deelname van alle betrokken producenten te verzekeren;
  • Erkenning van een gedeelde verantwoordelijkheid van alle partijen in de keten, om te verzekeren dat ieder zijn bijdrage levert in zijn deel van de kringloop;
  • Regeling van afdoende financiering ter verzekering van de continuïteit van het inzamelsysteem.

Een zichtbare doorbelasting van deze kosten aan de gebruiker is een goed en transparant instrument om de kosten te verdelen. Daarmee wordt de koper immers op het moment van aankoop niet alleen (beter) bewust van de eventuele nadelige aspecten van het aangekocht product, maar is het tevens een moment om te communiceren over circulair gebruik van producten en de eisen die dat stelt aan ontdoening na gebruik.

Voor de meeste bestaande systemen voor herwinning van grondstoffen, voortkomend uit wettelijke producentenverantwoordelijkheid is de zichtbare doorbelasting resp. de gedwongen afdracht van een beheerbijdrage een onmisbare voorwaarde gebleken. Zonder deze financieringsvormen zouden dergelijke systemen niet (lang) hebben bestaan of niet zo succesvol zijn gebleken.

 

* Conform de ‘motivation crowding theory’, zie Frey & Jegen in Journal of Economic Surveys 2001-15(5); Levitt & Dubner Freaconomics 2005, Forillo in Annals of Public and Cooperative Economics 2011-82(2)



Download
» VPN-standpunt over de rol van herwinningssystemen




Over Vereniging Producentenverantwoordelijkheid Nederland (VPN)

De Vereniging Producentenverantwoordelijkheid Nederland (VPN) is in 2011 formeel opgericht en heeft ten doel:

  • Het behartigen van de belangen van de leden en de aan de leden verbonden producenten en/of importeurs voor zover deze belangen betrekking hebben op een goede invulling van producentenverantwoordelijkheid.
  • Het ten behoeve van producenten en/of importeurs die zijn aangesloten bij de leden van de vereniging het zoveel als mogelijk optimaliseren en standaardiseren van de inzamel- en recyclingsystemen (in de ruimste zin van het woord) van de leden van de vereniging.



Meer informatie:
vpn@producenten-verantwoordelijkheid.nl 
www.producenten-verantwoordelijkheid.nl